De Molukken. In Nederland kennen veel mensen deze eilandengroep in Indonesië door de Molukse gemeenschap in Nederland. Achter elk persoon in deze gemeenschap zit natuurlijk een lang verhaal. Suzette Huwae dook in de verhalen van haar voorouders, en ontdekte een geschiedenis die maar liefst 500 jaar teruggaat in de tijd.
Op deze pagina
- Een eigen stijl
- Een lange reis langs de Molukse eilanden
- Molukse KNIL-soldaten
- Komst naar Nederland
- Een onzekere toekomst
- Generaties in Nederland
- Een nieuwe weg
- “Ik ben trots op wie ik ben”
- Meer weten?
- Bronnen
Een eigen stijl
Suzette is beeldend kunstenaar en grafisch ontwerper. Ze werd in 1971 in Apeldoorn geboren. Ze schildert tegenwoordig voornamelijk prachtige glamour-portretten van vrouwen. Geïnspireerd door pop art en street art, zet ze vrouwen krachtig neer. Daarbij gebruikt ze veel heldere kleuren, bladgoud, zilver en glitters.
Toen Suzette nog op de kunstacademie zat en op zoek was naar haar eigen stijl, liet zij zich veel vaker inspireren door de Molukken: “Ik was toen jonger en nog veel meer op zoek naar een identiteit. Ik greep daarvoor heel erg terug naar mijn afkomst.”
Hoewel ze toen nog niet op de Molukken geweest was, schilderde ze zelfportretten in typisch Molukse omgevingen: “Ik verbeelde mezelf bijvoorbeeld in traditionele kleding, in een dorpje, of bij een steiger met prauwen. Die dingen associeerde ik met het ‘Moluks-zijn’.”

Een lange reis langs de Molukse eilanden
De roots van Suzette liggen in het dorp Alang, op het eiland Ambon. Maar rond het jaar 1450 leefden de voorouders van Suzette een nomadisch bestaan. De verhalen hierover werden van generatie op generatie doorverteld. Zoals veel andere families in die tijd, voeren de voorouders van Suzette langs de eilanden van de Molukken, steeds op zoek naar nieuw land om zich te vestigen. Tijdens de lange reis sloten ze verbonden met andere families en dorpen. Zij beloofden elkaar dan trouw en wederzijdse steun.
Uiteindelijk gesetteld op Ambon, verbouwden de voorouders van Suzette gewassen als kruidnagels, nootmuskaat, cacao en koffie – producten die toen wereldwijd in trek waren. Ondanks verzet, werd de bevolking van Ambon in de eeuwen die volgden onderworpen door de Portugezen, Spanjaarden, Engelsen en uiteindelijk de Nederlandse VOC. Ambon werd het centrum van de ontzettend winstgevende specerijenhandel.
Nederland kreeg gaandeweg ook steeds meer bestuurlijke macht over Ambon en veel inwoners bekeerden zich tot het Christendom. Veel Ambonezen werden ingelijfd bij het Koninklijk Nederlands Indisch Leger (KNIL); zij stonden bekend als trouwe en moedige krijgers. Tijdens de Tweede Wereldoorlog en de daaropvolgende Indonesische onafhankelijkheidsstrijd vochten veel Ambonezen aan de Nederlandse kant. De beide opa’s van Suzette waren ook KNIL-militair.

Molukse KNIL-soldaten
Omdat zij gediend hadden in het Nederlandse leger, beschouwde de Indonesische regering Molukse KNIL-soldaten na de onafhankelijkheid van Indonesië in 1949 als landverraders. Toen de Zuid-Molukken in 1950 de onafhankelijke Republiek Maluku Selatan (RMS) uitriepen, zag de Indonesische regering de oud-soldaten steeds meer als echte vijanden.
De eilanden van de Zuid-Molukken, waaronder Ambon, wilden geen deel uitmaken van de nieuwe eenheidsstaat Indonesië. De RMS vroeg steun aan de Nederlandse regering, op basis van hun gedeelde verleden. Dat bleek tevergeefs, want Nederland wilde de nieuwe relatie met Indonesië niet op het spel zetten. De Indonesische regering erkende de RMS niet, en stuurde een leger naar de Zuid-Molukken.
Komst naar Nederland
Door de spanningen en na juridische stappen van Molukse ex-KNIL’ers, werd Nederland in 1951 genoodzaakt om de oud-soldaten met hun gezinnen tijdelijk naar Nederland te halen. 12.500 mensen werden ondergebracht in opvangkampen, verspreid door heel Nederland. Zij zouden kunnen terugkeren naar de Molukken, als de situatie daar stabieler zou worden.
“Toen ik zelf op de middelbare school zat, vertelde mijn opa mij over die komst naar Nederland,” zegt Suzette, “mijn opa en oma werden met mijn vader en hun andere kinderen geplaatst in kamp Westerbork.” Tijdens de Holocaust enkele jaren daarvoor, was dat nog een doorvoeringskamp. Omdat verwacht werd dat de Molukkers er maar tijdelijk zouden wonen, hadden de barakken geen isolatie, “Daarom was het heel koud. Met stro in de matrassen en een gezamenlijke gaarkeuken. Veel mensen pakten hun koffers niet eens uit, omdat ze dachten dat ze snel weer weg zouden gaan.” Maar de strijd tussen Indonesië en de RMS zou nog jarenlang doorgaan op de Zuid-Molukken.
De familie van Suzette heeft in Nederland een aantal jaar in verschillende kampen geleefd: “Het was echt afzien voor ze. Mijn vader heeft daar astma ontwikkeld, waardoor hij ook regelmatig naar de kust moest voor de schone lucht.”
Een onzekere toekomst
Toen bleek dat het niet makkelijk zou worden voor de Molukse gezinnen om terug te keren, begon de Nederlandse regering in de jaren 60 met het bouwen van speciale woonwijken voor Molukse gezinnen. Suzette’s familie aan vaders kant woonde uiteindelijk in Amersfoort, van haar moeders kant in Twello.
Maar hoewel ze vaste woningen hadden, was het voor Molukkers niet makkelijk om aan een toekomst te werken in Nederland. Het bleef lang onduidelijk of ze wel of niet terug konden gaan. Veel Molukkers vonden dat de Nederlandse regering zich niet genoeg inzette voor terugkeer. De RMS-regering in ballingschap in Nederland bleef zich inzetten voor onafhankelijkheid van de Zuid-Molukken. Zij kregen geen steun via de politieke weg, en daardoor groeide het RMS-activisme. Bekend is de treinkaping bij De Punt in 1977. De kaping duurde 19 dagen en bij de militaire bestorming die er een einde aan maakte, kwamen 6 RMS-kapers en 2 gijzelaars om het leven.
Generaties in Nederland
Volgens Suzette had onzekerheid over het wel of niet kunnen blijven generaties-lang effect op de Molukse gemeenschap: “De eerste generatie, KNIL-militairen zoals mijn beide opa’s, werd gedwongen ontslagen uit het leger. En omdat het steeds niet duidelijk was hoe lang ze konden blijven, mochten Molukkers hier lange tijd ook niet werken. Daar had ook de tweede generatie last van.”
Suzette herinnert zich zware tijden in de jaren 70 en 80: “Mensen in de gemeenschap hadden geen doel en waren verward over hun identiteit. Ze hadden ook een slechte reputatie, onder meer door de treinkaping, gijzelingen. Ze werden ook vaak raar aangekeken of geweerd. En als ouders met stress leven, reageren ze dat vaak ook weer af op hun kinderen.”
Suzette kent ook mensen die wél teruggingen naar de Molukken: “Maar daar werden ze geconfronteerd met armoede en onveiligheid. En later woedde er ook strijd tussen moslims en christenen. Nederlandse Molukkers bleven dus al die jaren tussen wal en schip.”

Een nieuwe weg
Het verhaal van de voorouders van Suzette lijkt een lange reeks van overlevings-verhalen. Zijn er voorouders waar ze bijzonder tegenop kijkt?
“Toch wel het meest tegen mijn beide opa’s denk ik. Ze moesten noodgedwongen alles achter zich laten. Ze kwamen als jonge mannen met een gezin, dat lijkt me al traumatisch. Maar toen moesten ze ook gedwongen hier blijven. Wat hebben ze allemaal moeten opofferen.”
Ook voelt Suzette een hele speciale band met haar vader, die ook kunstzinnig was: “door de situatie kreeg hij niet alle mogelijkheden om zichzelf te ontwikkelen. Hij mocht van zijn ouders niet naar de Kunstacademie. Mijn vader werd technisch tekenaar, maar voelde zichzelf een kunstenaar. In de avonduren heeft hij naast zijn baan toch een kunstopleiding gedaan.”
Hoewel ze haar kunst-genen waarschijnlijk van hem heeft, moest Suzette haar vader toch overtuigen van haar keuze voor de Kunstacademie: “in onze cultuur draait veel om de gemeenschap en respect voor hiërarchie, en vaak minder om het volgen van je eigen passie en ambitie.”

Daar kon Suzette zich niet in vinden: “Ik heb veel respect voor de geschiedenis van mijn voorouders. Maar ik heb het gevoel dat ik hier ben om dingen te vernieuwen. Om een nieuwe weg in te slaan.”
“Ik ben trots op wie ik ben”
Suzette blijft dichtbij zichzelf in haar kunst. Haar glamourschilderijen van vrouwen zijn een ode aan schoonheid en zelfverzekerdheid: “Ik heb altijd last gehad van huidproblemen en ik liet mezelf niet graag zien. Ik wilde graag mooie vrouwen schilderen, omdat het een soort afspiegeling was van wat wel in mij zat.”
Haar Molukse afkomst verwerkt Suzette niet meer letterlijk in haar kunst, maar ze doet wel graag mee aan projecten waar Molukse kunstenaars voor gevraagd worden. In 2022 was haar werk nog te zien bij een tentoonstelling van Molukse kunstenaars in het Museum Sophiahof.
En onlangs werkte ze mee aan een project van de gemeente Assen, waarbij Molukse kunstenaars woningen in de Molukse wijk verfraaiden met hun street art.
Suzette: “Moluks zijn zit in mijn DNA, dus alles wat ik maak is Moluks. Ik heb mijn eigen stijl én ik ben een Molukse. Ik ben trots op wie ik ben.”

Meer weten?
- Alles over Suzette Huwae vindt je op haar website SuzetteHuwae.com
- Lees meer over het street art project in Assen: Prachtige muurschilderingen kleuren Molukse wijk in Assen
Bronnen
- 1951: Eerste Molukkers komen aan in Nederland | Nationaal Archief
- 70 jaar Molukkers in Nederland – Andere Tijden
- Ambon, een blok aan Nederlands been J.H.W. Veenstra, Ons Erfdeel. Jaargang 21 – DBNL
- Geschiedenis van de RMS – Republik Maluku Selatan
- Molukkers in Nederland | Historiek
- Molukse jongeren in verzet (1970-1978) | Nationaal Archief
- (On)vrijheid na de Tweede Wereldoorlog: de Molukkers in Nederland – Tweedewereldoorlog.nl
- Wat gebeurde er tijdens de Molukse treinkaping bij De Punt? | NPO Kennis
